Het wordt volgens mij een gigantisch goed appeljaar. In ons boomgaardje hangen de takken van de appelbomen zwaar naar beneden en torsen een enorme hoeveelheid appels. De sterappeltjes beginnen te vallen en wij rapen met plezier! Vandaag bracht een vriendin ons een bak met prachtige bramen. Een spontane uitnodiging aan haar om mee te eten noopte mij tot het improviseren van een nagerechtje. Inspectie van de koelkast leverde nog een beetje heerlijke creme fraiche van d'Issingy op. Samen met de sterappeltjes en de bramen zette ik een heerlijk toetje op tafel.
De appeltjes hoefden niet geschild te worden, wel even in partjes snijden, klokhuis eruit halen en de partjes in stukjes snijden. Zet een half uurtje weg met 2 eetlepels rietsuiker, 2 theelepels kaneel, lekker wat nootmuskaat, (vers raspen natuurlijk!), wat zout en gemalen peper. Zout in een kleine hoeveelheid werkt als een geweldige smaak verdieper, evenals citroensap wat er ook best in mag. De appels worden zo natuurlijk bruin maar dat geeft niet want ze krijgen straks een prachtig laagje caramel.
Verwarm in een sauteuse of goede koekenpan 15 gram roomboter en bak de appels op halfhoog vuur gaar. De appels hebben al wat van hun vocht aan de suiker afgegeven en dat maakt dat er gemakkelijk een caramel kan ontstaan als je de appels gaat bakken. Doe het deksel half op de pan. Dit duurt 15 minuten, schep af en toe om. Als de appels tegen gaar zijn- ze mogen niet uit elkaar vallen dus gebruik in ieder geval een stevige appel- gaan er een handvol bramen bij. En een scheutje Calvados. Zet het vuur hoger, laat de alcohol iets verdampen en zorg dat er een mooi stroperig vocht overblijft. Eenvoudig opdienen met een beetje los geklopte creme fraîche en als je dat niet hebt wat slagroom of Turkse yoghurt. Of met een bolletje ijs.